In de kijker

Stafhouder Braffort: moed en zelfopoffering tijdens de Tweede Wereldoorlog

Op 28 oktober herdacht de balie de Brusselse stafhouder Louis Braffort. 75 jaar geleden werd de oorlogsstafhouder met vier kogelschoten in de nek vermoord door rexisten. Hij stierf omdat hij zich geregeld verzette tegen de Duitse bezetter en opkwam voor de advocatuur en voor de rechtsstaat. Wij staan er te weinig bij stil dat wij het geluk hebben ons beroep vandaag de dag in alle vrijheid te kunnen uitoefenen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog legde de bezetter de balie allerlei maatregelen op: de Orde mocht geen verkiezingen meer houden, Joodse advocaten mochten het beroep niet langer uitvoeren, advocaten en magistraten werden beperkt in hun beslissingsvrijheid, advocaten werden gegijzeld, gevangen genomen en ter dood veroordeeld. Stafhouder Braffort is het toonbeeld van moed en doorzettingsvermogen in één van de donkerste periodes in de geschiedenis van de balie en van de mensheid. Deze tekst is een bewerking van de toespraak van stafhouder Peter Callens ter gelegenheid van de herdenking van stafhouder Braffort. (CK)

Louis Braffort werd geboren op 14 augustus 1886, in een zeer katholiek gezin in Villers-sur-Semois, in de streek van Virton. Hij studeerde rechten aan de Katholieke Universiteit te Leuven, waar hij met de grootste onderscheiding afstudeerde in 1910. Na zijn studies vatte hij zijn stage aan als advocaat aan de Brusselse balie.

Hij specialiseerde zich in het strafrecht en deed stages in het buitenland, onder meer in Parijs, in Berlijn – hij sprak vloeiend Duits – en in Amsterdam.

Reeds in 1919 werd Mr. Braffort benoemd tot hoogleraar strafrecht aan de Leuvense universiteit. Hij stond aan de wieg van de faculteit criminologie. Hij combineerde het lesgeven aan de rechtsfaculteit met zijn drukke advocatenpraktijk. In 1920 trad hij in het huwelijk; hij werd vader van drie dochters. Op 4 juli 1939 werd hij verkozen tot stafhouder van de Orde van advocaten te Brussel. Hij werd herkozen toen de oorlog pas uitgebroken was in 1940, en opnieuw voor een derde mandaat in 1941. De Duitse bezetter verbood de verkiezingen van de Orde in 1942. Op verzoek van de raad van de Orde bleef Louis Braffort aan als stafhouder, en dit tot aan zijn tragische dood in 1944.

Aan zijn collega’s in de raad van de Orde zei Braffort, die vervuld was van de gedachte dat wanneer men de eer gekregen heeft de leiding uit te oefenen, men de leidersplaats niet verlaat in volle strijd: “Je ne m’en irai pas, celui qui nécessairement me succèdera pourrait être frappé à ma place.”

Verzet tegen de bezetter

Tot vijfentwintig keer toe is hij tussengekomen bij de militaire gouverneur die namens de bezetter over België regeerde; generaal Alexander Freiherr von Falkenhausen. Ervan overtuigd dat politiek de kunst van het mogelijke is, zocht Braffort niet naar de confrontatie maar toonde hij zich een sterke en beginselvaste diplomaat met een uitstekende juridische kennis. Hij toonde in zijn demarches naar de bezetter toe uitzonderlijke moed. Hiervan getuigen de volgende voorbeelden.

Toen de Duitse overheid verordende dat Joodse advocaten vanaf 1 januari 1941 hun beroep niet meer mochten uitoefenen, protesteerde Braffort bij Falkenhausen, overigens vruchteloos. Om de Joodse confraters in bescherming te nemen stelde stafhouder Braffort op 6 december 1940 voor om voortaan het tableau van de Orde niet meer te publiceren, zodat de namen van de Joodse advocaten niet meer te traceren vielen. De raad van de Orde steunde het voorstel; tot het einde van de oorlog werd er in Brussel geen tableau meer gepubliceerd. De historici van vandaag zijn het niet eens over de effectiviteit van deze maatregel, maar dat hij blijk gaf van lef en doorzettingsvermogen, kan bezwaarlijk in twijfel getrokken worden.

Stafhouder Braffort protesteerde voorts tegen de door de Duitse overheid opgelegde dwangarbeid, waardoor talloze jonge landgenoten in de Duitse oorlogsindustrie moesten gaan werken. Hij maakte bezwaar tegen het verbod op het houden van verkiezingen aan de balie.

Hij protesteerde tegen de Duitse verordening, die de rechtbanken verbood om de nietigheid uit te spreken van de besluiten van de zogenaamde ‘secretarissen-generaal’, die onder toezicht van de Duitse bezetter de bestuurlijke macht uitoefenden. Met deze verordening werd onze Grondwet flagrant buiten werking gesteld1. Toen de raadsheren van de 6de kamer van het hof van beroep op 12 december 1942 gearresteerd werden op last van de bezetter, omdat zij in een arrest de besluiten van de secretarissen-generaal van binnenlandse zaken en volksgezondheid onwettig hadden verklaard, besloot stafhouder Braffort samen met de unanieme raad van de Orde dat het voor de advocaten verboden was nog te pleiten voor de hoven en rechtbanken, gezien de grove overtreding van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht.

Stafhouder Braffort kwam tussen bij de Duitse bezetter voor advocaten die gearresteerd werden omdat zij de nietigheid hadden gepleit van besluiten van de secretarissen-generaal. Hij schreef generaal von Falkenhausen aan als volgt: “L’arrestation des avocats précités met en cause l’indépendance des avocats en général. L’indépendance est le premier titre de noblesse de l’avocat. Aucun intérêt, aucune puissance ne pourront le faire consentir à en abdiquer une parcelle.”

Hij vroeg om gratie voor advocaten die ter dood waren veroordeeld en protesteerde nog tegen de wijd verspreide praktijk van de nazi-bezetter om gijzelaars te nemen en deze gevangen te zetten. Onder deze gijzelaars bevond zich een groot aantal advocaten.

Hij onderhield briefwisseling met gevangen genomen advocaten om hen moreel te steunen en contact te behouden zolang het kon. Het fatale protest Stafhouder Braffort protesteerde wanneer het moest. Maar toen kwam het protest dat hem fataal werd. Hij had de gewoonte om, telkens wanneer een advocaat het leven had gelaten als slachtoffer van de bezetter, een rouwbericht uit te hangen in de vestiaire van de advocaten in het Justitiepaleis. Deze berichten bleven bevestigd ad valvas en zijn nu nog steeds te zien in de gang van de bibliotheek van de balie.

De berichten waren een doorn in het oog van de trawanten van de nazi’s. Zij zagen ze als een manifestatie van openlijke oppositie tegen de bezetter. In januari 1944 kwam een bende rexisten de rouwberichten brutaal afscheuren, waarna Braffort opdracht gaf om de berichten opnieuw uit te hangen.

De rexisten keerden terug, deze keer samen met Duitse militairen, om de rouwberichten te vernietigen voor de ogen van de met verstomming geslagen aanwezige advocaten. De bendeleider riep dat Braffort ter dood zou gebracht worden als hij zich nog tegen de bezetter zou keren.

Stafhouder Braffort protesteerde met klem tegen deze barbaarse daad. Wellicht bezegelde hij hiermee zijn lot.

Op 22 augustus 1944 om 19.15u drongen aanhangers van Rex de woning van stafhouder Braffort aan de Gérardstraat in Etterbeek binnen. Voor de ogen van zijn vrouw en dochters werd hij gedwongen om met hen mee te gaan naar hun hoofdkwartier aan het Rouppeplein. Daar was de Brigade Z van het Département Sécurité et Information (DSI), bijgenaamd de ‘Gestapo van Rex’, gevestigd. Wat er in de uren daarna gebeurde is niet bekend. Het stoffelijke overschot van stafhouder Braffort werd terug­gevonden in Wambeek in de ochtend van 24 augustus 1944.

Stafhouder Braffort werd vermoord met vier kogelschoten in de nek. Niet door Duitsers, maar door collaborerende Belgen die meeheulden met de verspreiders van het meest sinistere gedachtengoed dat de menselijke geest ooit besmeurd heeft.

Toonbeeld van moed en idealisme

Louis Braffort heeft zijn leven gegeven voor de balie, voor de advocaten, maar meer nog, voor het recht en voor de rechtsstaat, tegen totalitarisme en onderdrukking, tegen onrecht en tegen elke vorm van arbitrair optreden. Hij is het slachtoffer geworden van barbarij.

Als er één advocaat geweest is in de geschiedenis van ons land die de moed belichaamt die nodig is om als advocaat het hoofd recht te houden in de hoogste nood, tegen de grootste intimidaties en bedreigingen in, dan is het Louis Braffort geweest. Als de balie in ons land één held gekend heeft, dan is hij die held geweest. Slechts weinigen zouden het hem nagedaan hebben. De barbaren hebben een mens gedood, maar het zijn de waarden van het slachtoffer, niet die van de daders, die vandaag overleven. Laten wij er een punt van eer van maken daarvan nooit af te wijken.

Een voorbeeld voor elk van ons Het voorbeeld van stafhouder Braffort leert ons dat wij ons moeten blijven inzetten, elke dag opnieuw, voor de rechtsstaat, voor de advocaten en anderen die, waar ook ter wereld, onder druk gezet worden, geïntimideerd worden en gevangen gezet worden, enkel omdat zij opkomen voor de principes van de rechtsstaat, voor de vrijheden die wij vandaag een evidentie vinden (maar dat niet zijn) of omdat zij strijden tegen onderdrukking, tegen vooroordelen, tegen onrecht.

De strijd van stafhouder Braffort is nog niet gestreden, maar zijn voorbeeld blijft ons leiden. Zijn voorbeeld is dat van een niet aflatende verdediging van onze rechten en vrijheden, ondanks alle tegenspoed. Dat is de strijd waarvoor een onafhankelijke balie garant staat, gesterkt als zij is door de trots een held van het formaat van Louis Braffort onder haar leden geteld te hebben.

Peter Callens
Stafhouder Nederlandse Orde van Advocaten bij de balie te Brussel

Het toenmalige artikel 107 van de Grondwet: “De hoven en rechtbanken passen de algemene, provinciale en plaatselijke besluiten en verordeningen enkel toe voor zover zij met de wetten overeenstemmen”, thans artikel 159.

Vlaams Pleitgenootschap