In de kijker

Naar een echte beheersautonomie voor de rechterlijke orde?

Jan Geysen, arbeidsauditeur te Halle en voorzitter van de Nederlandstalige Vereniging van Magistraten (NVM), brengt de jongste beleidsbeslissingen ter verbetering van het justitiële apparaat in kaart en komt tot de conclusie dat justitie alleen maar kan functioneren als een volwaardige autonome instantie.

Verschillende instellingen zagen de laatste 15 jaren het licht: de Hoge Raad voor de Justitie, de raad van arbeidsauditeurs, het Instituut voor gerechtelijke opleiding, de Commissie voor de modernisering van de rechterlijke orde, de Algemene Raad van de partners van de rechterlijke orde, de Adviesraad van de magistratuur. Verschillende initiatieven werden aangereikt zoals de Justitiedialogen en op informaticavlak: Fenix, Cheops, laptops, smartphones, en tools als e-mail, e-box, e-deposit, e-pv, enz.

Toch blijven communicatie, vereenvoudiging van procedures, investeringen in opleiding, modern management, evaluatiecycli, beleidsplannen, werkingsverslagen, enz een blijvende bekommernis om het logge apparaat van justitie draaiend te houden en voor meer kwaliteit te zorgen. Duizenden medewerkers doen dag in dag uit hun best om hun opdracht te vervullen: werken voor de verbetering van de openbare dienstverlening Justitie.

Justitie kent al jarenlang budgettaire problemen en toch werd maar bij mondjesmaat geïnvesteerd.
Op 20 maart 2015 kenden we een korte zonsverduistering en besloten alle geledingen van de rechterlijke orde (zetel, parketten, griffies, parketsecretariaten, medewerkers justitie) een eerste signaal te geven dat besparen niet kan zonder eerst te investeren in de basiswerking van het gerechtelijk apparaat: parketten, griffies, personeelsleden, ICT, moderne rechtsdocumentatie, veiligheid, welzijn, overlegstructuren, onderhoud gebouwen, enz.

We stelden vast dat er geen toekomstvisie was om beleidsmatig de nodige investeringen vrij te maken. Integendeel, er moest 20% worden bespaard op werkingsmiddelen, investeringen en ICT en 10% op personeelsuitgaven. En dan nog eens bijkomend 2% op werkingskosten en investeringen per jaar. Besparen werd in de ogen van de beleidsmakers belangrijker dan de goede dienstverlening.

De minister van Justitie ging in dialoog met de partners van de rechterlijke orde en startte in 2015 met zijn justitieplan allerlei hervormingen. In maart 2016 zagen we dat er weinig op het terrein was verbeterd en dat de realisatie van voorgenomen plannen uitbleef.

Personeel verschoof om elders noodtoestanden te lenigen, maar liet telkens putten achter zich die niet werden opgevuld. Meerdere rechtbanken, parketten en auditoraten kenden een onderbezetting van minstens 10% magistraten en 13% gerechtspersoneel. Dit speelde zich ook af op het vlak van hoven, federaal parket en parketten- en arbeidsauditoraten-generaal. Duizenden dossiers bleven hierdoor onbeheerd liggen, zittingen werden afgeschaft.

Een inhaaloperatie van tijdelijke contractuelen kon ook niet het vereiste soelaas brengen omdat er niet tot vaste invulling van kaders en personeelsbehoeften kon worden overgegaan. Zij dienden na afloop van hun contract van bepaalde duur dan ook tot spijt van iedereen teleurgesteld het werk te verlaten waaraan ze zo enthousiast waren begonnen.De beloften en voorstellen van de minister werden in mei als onvoldoende weggewuifd.
Op 7 juni 2016 werd in de meeste arrondissementen een tweede grootse nationale manifestatie georganiseerd door vijf grote magistratenverenigingen: NVM, ASM, UPM, M&M en KVVP.
Het opzet was precies op te komen voor de goede werking van justitie in het voordeel van de rechtzoekende die al te dikwijls in de kou bleef staan omdat zijn zaak niet kon worden behandeld op de voorziene pleitdag.
De manifestatie mocht de behandeling van de zaken op de rol niet in de weg staan. De leden en orden van balies ondersteunden bijgevolg eendrachtig het initiatief. De opkomst was massaal en kreeg opnieuw media-­aandacht. Motto: justitie verdient meer investeringen en een echte beheersautonomie.
Deze oproep richtte zich tot alle beleidsverantwoordelijken van het land: regering, parlement, politieke partijen, minister van Justitie, minister van Begroting, enz. Studies wijzen uit dat de burger weinig vertrouwen heeft in justitie. Nochtans is justitie een van de hoogste waarden in een democratische samenleving omdat conflicten niet door partijen worden uitgevochten, maar aan een onafhankelijke en onpartijdige instantie worden toevertrouwd.
Een rechtstaat die zichzelf respecteert, zorgt dan ook voor de noodzakelijke middelen, beklemtoonde Françoise Tulkens. Een eerlijk proces kan maar pas worden gevoerd als alle partijen hun vertrouwen kunnen stellen in een onafhankelijke en onpartijdige instantie die recht spreekt en met moderne instrumenten en documentatie binnen een redelijke termijn kwalitatief hoogstaand werk kan waarborgen. Ook het openbaar ministerie moet zijn taak naar behoren kunnen uitoefenen door een beroep te kunnen doen op de accurate bijstand van politie- en inspectiediensten. Recherchecapaciteit speelt hen ook hier parten.
Tevens is het belangrijk dat de medewerkers van justitie (deskundigen, tolken, vertalers, laboratoria, enz.) garant kunnen staan voor technische en menselijke kwalitatieve ondersteuning. Hiervoor dienen ook correcte ereloontarieven en prijzen te worden voorzien.

Maar de toegang tot justitie zou voor elkeen moeten openstaan en niet enkel voor de goegemeente. Het is belangrijk dat systemen van bemiddeling en juridische bijstand voldoende worden gestimuleerd.

Wie ontevreden is over de werking van justitie, raakt verbitterd en ontgoocheld en zal iets minder de maatschappelijk goedgekeurde wetten en reglementen naleven omdat het niet altijd loont. Van een verzuurde maatschappij komt niet veel goeds voort. Discriminatie en radicalisering zijn reeds van kindsbeen af aanwezig. Als er niet meer vertrouwen komt in de waarden en instellingen van onze samenleving, dan zal er nog meer gediscrimineerd en geradicaliseerd worden.
Alle initiatieven tot communicatie, ondersteuning, bemiddeling, versterking van de werking van hoven en rechtbanken, parketten en auditoraten en een betere toegang in verstaanbare taal, zijn zaken waaraan wij allen kunnen meewerken als de overheid ook hierin wil investeren.
Informatisering is misschien wel de zwaarste kost die op vrij korte termijn zal lonen omdat ze eenvormige en vereenvoudigde modellen moet hanteren waardoor vele manuren en tijdsverlies worden uitgespaard. Ook moeten de juridische instrumenten via een degelijke rechtsdocumentatie beheersbaar blijven en moeten juiste keuzes worden gemaakt. Opleiding, ervaring en deskundigheid zorgen voor de rest. Ik ben ervan overtuigd dat een goed opgeleid en gemotiveerd team wonderen kan doen. Aanwerving van dergelijke krachten zal justitie nieuw bloed geven.

Het college van hoven en rechtbanken en het college van het openbaar ministerie hebben in april de handen in elkaar geslagen om een evenwichtig nieuw beheermodel uit te werken: één voor de zetel en één voor het openbaar ministerie in functie van de eigen wetmatigheden en opdrachten. Dit duaal model heeft een toekomstvisie met een eigen architectuur, eigen beheer, eigen autonomie, eigen doelstellingen, eigen middelenverdeling, waarvoor zij elk verantwoording afleggen. Een gelijkaardige oefening voor autonoom beheer zal ook voor het Hof van Cassatie worden verricht. Het gemeenschappelijk voorstel voor een duale beheersautonomie werd op 29 augustus 2016 in Verviers met de minister besproken.
Thans wordt intens samengewerkt met kabinetsmedewerkers en overleg gepleegd met de administratie.

Met de minister zal een beheersovereenkomst worden uitgewerkt, waarin de engagementen van partijen voor de komende jaren worden vastgelegd en waaraan een globaal budget zal worden gekoppeld. Wij vragen dat dit via een dotatie in eigen begroting wordt toegekend op grond van de overeengekomen doelstellingen. Het is cruciaal dat de financieringssleutels worden gekoppeld aan de aangegane verbintenissen en de evolutie van de welvaart, zodat er ook een patroon van stabiliteit kan worden ingebouwd en efficiënte dienstverlening mogelijk wordt gemaakt.

Intern zullen dan criteria worden vastgelegd om de middelen op een objectieve manier over de entiteiten te verdelen.

Er zijn nog heel wat zware hindernissen te nemen en knopen door te hakken, maar deze kans op modernisering in eigen beheer en verantwoordelijkheid mogen we niet aan ons en de rechtzoekenden laten voorbijgaan.
De beide colleges en het Hof van Cassatie moeten budgetverantwoordelijkheid krijgen om hun eigen organisatie uit te werken en hiervoor verantwoording afleggen op grond van overeengekomen krachtlijnen. De uitwerking in dialoog met de minister is in volle voorbereiding.

Er waait een nieuwe wind die beseft dat justitie een sprong vooruit moet doen en moet kunnen opstaan als een volwaardige autonome instantie. Dit is een gedragen verantwoordelijkheid van rechterlijke orde en de overheid.

Steun van de beide nationale Orden van Balies en van de beleidsverantwoordelijken bij de realisatie van dit ambitieus plan is dan ook meer dan welkom.

Jan Geysen*
Voorzitter van de Nederlandstalige Vereniging van Magistraten
(NVM) vzw.

* Deze bijdrage is geschreven in persoonlijke naam
en bindt enkel de auteur

Vlaams Pleitgenootschap